De eerste beelden van de telescoop EUI zijn vrijgegeven

De eerste beelden van de telescoop EUI zijn vrijgegeven


De eerste beelden gemaakt door de telescoop EUI aan boord van de ruimtemissie Solar Orbiter zijn vrijgegeven. Het EUI instrument onder Belgische leiding, ontdekt kampvuren op de Zon.

De beelden zaten meteen juist. De beelden van de hoge resolutie camera waren zo ongelooflijk scherp dat het te mooi leek om waar te zijn. De ontlading was enorm, zeker omdat dit de allereerste ruimtemissie is waarvan de instrumenten noodgedwongen vanuit  ieders kot werden getest omwille van de COVID19-pandemie.

Solar Orbiter vliegt elke 168 dagen rond de zon. Het punt van de baan dat het dichtst de Zon nadert, is het perihelium. In het perihelium komt de snelheid van Solar Orbiter in de buurt van de snelheid waarmee de Zon omheen haar eigen as draait. Solar Orbiter zweeft tijdens het perihelium boven hetzelfde deel van het zonneoppervlak.  Perihelium is dan ook het uitgelezen moment voor EUI om de zonneatmosfeer in detail te fotograferen. In de EUI beelden zien we dan ook overweldigende kleine details. David Berghmans: ‘Je kan het vergelijken met de aarde die we allemaal kennen van de  iconische blauwe knikker. Je zoomt er op in en plots zie je details die je nooit zou verwachten: rivieren, koeien, een weg met een sliert auto’s, huizen met rokende schouwen. Zo lijkt het nu ook met de zon: plotseling kunnen we zien hoe onze ster werkt op microniveau.’

hrieuv_enhanced_denoised_stabilized_panning_16-9_earth_v2_Moment

HRIEUV – High Resolution Imager in the EUV
Volledige film: https://owncloud.ias.u-psud.fr/index.php/s/87HxCK4Mef8zBk7
Kampvuur op de Zon – We zien hier slechts een deel van de zonneatmosfeer. De film toont onverwacht veel kleine lussen, heldere stippen en donkere bewegende ‘vezels’. De twinkelende lussen en stippen trokken meteen alle aandacht omdat ze zo uitzonderlijk scherp in beeld komen en werkelijk overal te zien zijn in dit stuk “Rustige Zon” waar normaal gezien niets gebeurd. Maar in deze hogeresolutiebeelden zien we duidelijk overal kleine lichtflitsen. De EUI-wetenschappers hebben er al een naam aan gegeven: ‘campfires’. Mogelijks dragen ze voor een belangrijk deel bij aan de extreem hoge temperatuur van de zonnecorona en de zonnewind. Dit is ontzettend spannend. En we verwachten dat het nog beter wordt wanneer Solar Orbiter nog dichter bij de Zon komt. 
Technische info – Deze hogeresolutiefilm werd op 30 mei 2020 gemaakt door de ‘High Resolution Imager in het EUV’ (HRIEUV). Dit is 1 van de 3 telescopen van het EUI-instrument. HRIEUV maakt beelden in licht met een golflengte van 17 nanometer, dit is extreem ultraviolet. De bovenste laag van de zonneatmosfeer straalt in deze typische golflengte omdat ze zo heet is: wel 1 miljoen graden! De kleur van de beelden is artificiëel. Het EUV is onzichtbaar voor het menselijke oog en heeft dus geen kleur. Op het moment dat deze beelden gemaakt werden, bevond Solar Orbiter zich ongeveer halfweg tussen de Aarde en de Zon. Geen enkele andere telescoop heeft ooit beelden van de Zon gemaakt van zo dichtbij. We kunnen structuren zien in de zonnecorona van slechts 400 km doorsnede. Solar Orbiter zal in de toekomst zelfs nog dichterbij de Zon komen. Op het dichtste punt, zal de resolutie nog met een factor 2 of meer verhogen. Het beste moet nog komen!
CREDIT: ESA/Solar Orbiter/EUI Team: CSL, IAS, MPS, PMOD/WRC, ROB, UCL/MSSL.

Solar Orbiter werd op 10 februari 2020 gelanceerd. Alle teams maakten zich toen klaar om de instrumenten, hardware en software te testen op de gebruikelijke manier. Maar COVID19 besliste anders. De controlekamer  in Darmstadt, Duitsland speciaal ingericht voor de testen werd gesloten. De ‘off’-knoppen van alle instrumenten werden letterlijk ingedrukt. Een afschuwelijk moment voor iedereen. Na een week werd besloten om met een minimale bezetting en COVID19-proof te herstarten. De rest van de klus moest geklaard worden ‘ieder vanuit zijn kot’. Overleg gebeurde via teleconferenties, continu, parallel, met verschillende teams, … alle configuraties zijn de revue gepasseerd. Commando’s om EUI aan te sturen, werden doorgegeven vanuit de huiskamer, het bureau van de kinderen, de slaapkamer … Niemand zou op voorhand gedurfd hebben om dit zo te organiseren: vanuit je kot maar in connectie met het team verspreid over de verschillende continenten. Het voordeel was dat iedereen slechts een muisklik weg was en meteen beschikbaar om mee te zoeken naar oplossingen voor problemen die zich onderweg voor deden. De testfase werd succesvol afgesloten op 25 juni tijdens de officiële online “Mission Commissioning Results Review”-vergadering met meer dan 50 deelnemers. Het EUI team kan terugkijken op een enorm intense maar efficiënte testperiode.

FSI – Full Sun Imager
Oorsprong van de zonnewind – Deze film toont een deel van de achterkant van de Zon, een deel dat je van de Aarde niet kan zien. Maar Solar Orbiter kan vanop zijn baan alle kanten van de Zon bekijken. Het is daarom dat de Full Sun Imager (FSI) een sleutelrol heeft in deze ruimtemissie. Dankzij beelden van de volledige zonneschijf  kunnen structuren op de Zon gelinkt worden aan zonnewinddata geregistreerd door in situ-instrumenten aan boord van Solar Orbiter.
Technische info – Deze beelden werden gemaakt door de ‘Full Sun Imager’, 1 van de 3 telescopen van het EUI-instrument, korte tijd na het perihelium, het dichtste punt van de baan van Solar Orbiter bij de Zon. Elke film werd in een andere golflengte in het EUV gemaakt. De kleuren zijn artificieel en worden gelinkt aan een bepaalde golflengte en temperatuur. De gele/gouden film toont de corona op 1 miljoen graden Kelvin. De rode film toont de transitiezone op een temperatuur van ruwweg honderdduizend graden.
CREDIT: ESA/Solar Orbiter/EUI Team: CSL, IAS, MPS, PMOD/WRC, ROB, UCL/MSSL.

Iedereen kijkt uit naar nieuwe data. Het is nog wennen dat de beelden er van dag tot dag anders uitzien. EUI brengt de Zon steeds vanuit een andere hoek in beeld. In tegenstelling tot de missies waaraan teamleden tot nu hebben meegewerkt, verandert de afstand tussen Solar Orbiter en de Zon continu. Dan vult de Zon slechts een gedeelte van het beeld, om enkele weken later beeldvullend te zijn.
Het  team popelt om de nieuwe beelden te bewerken, te analyseren en te interpreteren. Nieuwe wetenschap is op komst!

HRILYA

HRILYA – High Resolution Lyman alpha Imager
Magnetische voetafdruk – Het netwerk dat zichtbaar is in de beelden is karakteristiek voor een lager deel van de zonneatmosfeer, namelijk de chromosfeer. In de chromosfeer en in de transitielaag er vlak boven springt de temperatuur van tienduizend naar honderdduizend graden Kelvin. Het is de laag waar het magnetisch veld van de Zon een grotere rol begint te spelen in vergelijking met het zonneoppervlak. Het patroon zichtbaar in het netwerk wordt gevormd door het bewegende zonneplasma op het zonneoppervlak, maar sommige van de heldere structuren kunnen waarschijnlijk gelinkt worden met magnetische structuren hoger in de zonneatmosfeer. Dit vergt nog bijkomend onderzoek!
Technische info – Deze zonnebeelden werden gemaakt door de ‘High Resolution Lyman alpha Imager’ (HRILYA), 1 van de 3 telescopen van het EUI-instrument. De beelden tonen het zonneoppervlak in een bepaalde golflengte in het UV dat wordt uitgezonden door waterstof, het chemische element dat het meest voorkomt in het heelal. Deze golflengte is gekend als Lyman-alpha en bedraagt 121.6 nm. Dit licht kunnen we niet observeren vanop de Aarde omdat de aardatmosfeer deze golflengte niet doorlaat. De framboos-kleur is artificieel en helpt bij de identificatie van de beelden.
EUI maakte deze beelden op een moment dat Solar Orbiter zich ongeveer op de helft van de afstand Aarde-Zon bevond. Nooit eerder heeft een ruimte-instrument van dichterbij beelden van de Zon gemaakt. Hierdoor kunnen we structuren op de Zon zien van slecht enkele honderden km doorsnede.
CREDIT: ESA/Solar Orbiter/EUI Team: CSL, IAS, MPS, PMOD/WRC, ROB, UCL/MSSL.

Meer informatie
EUI website: https://wwwbis.sidc.be/EUI/
Volg EUI op Twitter: https://twitter.com/EuiTelescope

Partners
Het EUI-project is van start gegaan in 2008 onder de wetenschappelijke leiding van de Koninklijke Sterrenwacht van België en de technische leiding van het Centre Spatial de Liège. EUI werd ontwikkeld door een Europees consortium met belangrijke bijdragen uit Frankrijk (Institut d’Astrophysique Spatiale), Duitsland (Max-Planck-Institut für Sonnensystemforschung), Groot-Brittanië (UCL-Mullard Space Science Laboratory) en Zwitserland (Physikalisch-Meteorologisches Observatorium Davos/World Radiation Center). De Belgische bijdrage werd gefinancierd door BELSPO (Federaal Wetenschapsbeleid) via ESA/PRODEX.